Verwarmingssysteem

Het centrale verwarmingssysteem staat in de garage (aparte ruimte). Het geheel is een modern systeem en veelal van Duits fabrikaat.

De brander heeft genoeg capaciteit voor de gehele vloerverwarming en de warmwatervoorziening (boiler en sanitair).

De boiler is niet, zoals hier gebruikelijk is, op het dak gezet. Dit voorkomt voortijdige slijtage door zon en regen.

In de zomer functioneert het warmwatersysteem door de zonnepanelen op het dak. In de winter word de boiler verhit door de brander.

Tussentijds, als de zon te zwak is voor complete opwarming van de boiler en de brander nog niet aan staat, kan extra verhitting door middel van electriciteit plaatsvinden.

Als in de wintertijd de zon door de zonnepanelen warm water kan produceren dan komt dat ten gunste van het systeem en wordt dus brandstof bespaard.

Op diverse punten in het systeem zijn meters gemonteerd waarmee het functioneren kan worden gecontroleerd.

Hiermee kan het systeem goed worden afgeregeld en kunnen storingen bijzonder eenvoudig opgespoord worden.

Alle waterleidingen liggen in de vloer of de wanden. Voor het eventueel vervangen of aanpassen van deze leidingen zijn ze in deze rode (warm) en blauwe (koud) mantelpijpen aangelegd.

Een moderne wijze van afmonteren. Deze 'kast' zit in een muur van de centrale hal van het woonhuis. In geval van problemen of voor het bijregelen kan ieder waterpunt apart worden afgesloten of bijgesteld.

De vloerverwarming in verschillende stadia. Onder de rode noppenvloer is isolatie aangebracht.

De slangen van de vloerverwarming zijn verdeeld over de gehele oppervlakte waar warmte nodig is.

Een laag beton beschermt de lijnen en is tevens een goede ondergrond voor de later aan te brengen vloertegels.

Diverse units - zoals deze - voorzien het gehele systeem van regelkranen voor aan- en afvoer van water in de vloerverwarming.